ERFGOED VERHALEN |
Vanaf 2012 is er erfgoed aangemeld en op de website geplaatst. U kunt erfgoed met een verhaal aanmelden en reacties op aangemeld erfgoed toevoegen. |
Allereerst: Hoewel ik werd geboren in Nieuwerkerk aan den IJssel en mijn ouders in Moordrecht kerkten, ben ik in de Gouderakse kerk gedoopt. Deze samenloop van omstandigheden hadden met de signatuur van de kerk van Moordrecht te maken.
Na mijn huwelijk met een geboren Gouderakse verhuisde ik naar Gouderak en werd al snel geboeid door het eenvoudige kerkje ‘onder aan de dijk’.
Er was nauwelijks iets van de geschiedenis bekend en daarom vroeg ik toestemming aan de kerkvoogdij om een beknopt onderzoek naar het verleden in het archief te mogen doen. Het archief lag tamelijk wanordelijk in een grote kast in de consistorie.
Eenmaal aan het lezen besefte ik, dat er een prachtig stuk dorpsgeschiedenis in deze oude boeken en papieren verborgen lag, waar niemand iets mee deed.
Na vele jaren aantekeningen maken en verslagen van vergaderingen overnemen, ontstond steeds meer een volledige, chronologische lijn.
Nadat ik met het archiefonderzoek klaar was, ging op mijn voorstel het complete kerkarchief naar het Streekarchief van de Krimpenerwaard (toen gevestigd in Schoonhoven).
Daarna restte mij nog het schrijven van het verhaal. Dat bleef door drukke werkzaamheden nogal eens liggen. Pas toen in het najaar van 2007 het verzoek van de kerkenraad kwam om een ‘gedenkboek’ te schrijven t.g.v. het 350-jarig bestaan van de kerk, kwam er een versnelling in. De predikant, ds. Schroten besloot mij te helpen met het redigeren en de indeling van het boek.
Uiteindelijk werd het eerste exemplaar op 13 december tijdens een herdenkingsdienst aan mij uitgereikt. En als ik nu het sfeervolle kerkje binnenkom, besef ik temeer dat wij ‘staan op de schouders van onze voorgeslachten’ en dat deze kerk voor mij – en wellicht voor vele anderen - een bijzonder symbool is als erfgoed in de Krimpenerwaard.
Een greep uit de geschiedenis:
Tot 1658 had Gouderak geen eigen kerk, maar hoorde ze kerkelijk bij Moordrecht.
Als gevolg van de barre toestanden tijdens het overzetten van de kerkgangers kreeg schout Jan Brouck in 1656 toestemming om in Gouderak een eigen kerk te bouwen. In december 1658 was het gebouw klaar, geheel opgetrokken uit de bekende gele IJsselsteentjes.
In 1726 komt de Krimpenerwaard onder water te staan. De kerk in Gouderak wordt onbruikbaar en de kerkgangers varen weer als vroeger over naar Moordrecht.
In 1741 komt Ds. Jacobus Gerardus Staringh naar Gouderak en verblijft er tot zijn dood in 1804 als predikant. Een ambtsperiode van ruim 63 jaar! Zijn levenswerk bestaat uit een Bijbels woordenboek, waar hij 30 jaar lang aan werkt.
In 1751 en 1760 vinden opnieuw overstromingen in de Krimpenerwaard plaats; waardoor Gouderak weer naar Moordrecht moest uitwijken.
In 1849 trad er een dusdanig verval in het kerkgebouw op, dat tijdens een kerkdienst een van de dwarsbalken naar beneden stortte. Gelukkig werd niemand gewond, maar wel betekende dit het begin van een zorgelijke restauratie. Nog pas in 1845 was een nieuwe pastorie gebouwd en geld voor een grondig herstel aan de kerk was er niet. Ten einde raad besloot de kerkeraad tot de verkoop van alle waardevolle stukken uit het interieur. Op 26 oktober 1851 was het kerkgebouw klaar en kon men het weer in gebruik nemen.
Op 5 augustus 1888 werd het kerkorgel in gebruik genomen. Het orgel werd geschonken door de familie Smits, eigenaren van een steenbakkerij in de dorpskom.
Het instrument werd gebouwd door de Amsterdamse orgelmaker Pieter Flaes.
In 1960 startte er een verbouwing van het interieur, en werd een andere preekstoel aangeschaft.
In september 1991 begon een algehele restauratie van de kerk. Heringebruikname vond plaats op 12 februari 1993.
A. Uitbeijerse
{backbutton}